Boekenplein

In deze rubriek treft u boekenrecensies, besprekingen en aanbevelingen aan. Het zijn boeken die altijd iets met geloof en/of religie te maken hebben. Het kunnen ook boeken zijn die door lezers van KerkVenster aanbevolen zijn om te lezen.
Boeken zijn altijd te bestellen via de boekhandel.

Boekbespreking: Laat de aarde juichen

Sinds ik ergens iets las over de Groene Kerk stelde ik me de vraag wat het verband is tussen Groen en Geloven. Met beide onderwerpen ben ik verbonden, maar ik kom niet verder dan het scheppingsverhaal en dat vond ik wel een beetje weinig. Op het moment dat het boek “Laat de aarde juichen” onder mijn aandacht komt, is die vraag weer zeer levendig en ga ik het boek lezen.

 

 

In de inleiding worden de drie basisideeën neergezet.

  1. de idee van een dragende grond (de schepping, de aarde en God die aanwezig blijft in een voortdurende schepping (heet dat niet evolutie?)
  2. de idee van participatie in de ontwikkeling en ontplooiing van het bestaande (dat gaat vooral over de plaats van mensen ten opzichte van leven, anderen, schepselen, enz)
  3. de idee van transformatie, het letterlijk veranderen van vorm.

Ik citeer: De noodzaak van transformatie heeft te maken met het bestrijden van het kwaad in de wereld. Kwaad dat zich meldt in ziekte, lijden, pijn of in natuurrampen. De wereld zoals wij die kennen is niet zonder meer goed. Er moet een radicale omwenteling plaatsvinden en dat gaat niet zonder strijd.

1) De dragende grond die alles bevat wat op aarde aanwezig is, die zoveel heeft en geeft wat nodig is om alles wat leeft voor te laten bestaan. In de uitwerking wordt vooral ingegaan op de ontwikkelingen veroorzaakt door de technologische uitputtingsslag van de mensen; sinds het rapport van de Club van Rome wordt de aandacht gevestigd op de eindigheid van deze economische,  eenzijdige invalshoek.

2) De participatie van de mens, waarbij mensen zich losmaakten van natuurmens naar bijzonder schepsel dat het rentmeesterschap, lees heerschappij, heeft over alles wat groeit en bloeit. Het is net zo’n verheven gedachtegoed als tijdens het kolonialisme, mensen zijn een beter soort en op zijn minst de beste omdat ze bewustzijn hebben. Omdat wij de walvissen, vogels, bijen en bomen niet verstaan, heeft de mens zich het recht toegeëigend om dat andere minder te vinden. De schrijvers ontkomen er niet aan om in te vullen dat zij denken te weten wat de bedoelingen van God zijn.

3) Transformatie is absoluut een noodzaak, de Groene gelovigen zijn daar van overtuigd. Het is jammer dat het in het boek niet nauwkeurig uitgewerkt wordt hoe zij het kwaad zien en hoe dat de grondgedachte zou moeten zijn om een andere vorm te vinden. Ik merk dat ik er mee worstel en ga links en rechts te rade, ik wordt er niet veel wijzer van. In de wereldgeschiedenis kunnen we nog steeds zien wat de gevolgen zijn door het denken in de tegenstelling Goed (dat zijn wij) en Kwaad (dat zijn zij). We wijzen het kwaad aan en sturen hele volken naar de gaskamer, of naar opvoedingskampen, ze worden gedeporteerd of de zee in geschoven. We bepalen welke plantjes tot het kwaad behoren en spuiten ze kapot, vernietigen ze en zijn vooral kwaad als ze ons in de weg zitten door natuurregels. Roofdieren behoren ook tot het kwaad; inmiddels zijn er al een stuk minder.

Elders in een andere tekst kom ik deze zin tegen: Het is aan God om te oordelen over goed en kwaad.

Het boek bevat  een groot aantal essays, van diverse mensen. Waarschijnlijk voor elk wat wils. De basisideeën worden nader uitgewerkt in artikelen over landbouw, kringloop, economie, technische innovaties, globalisering en klimaatverandering. Ik licht een paar onderwerpen uit die mij op weg helpen in mijn zoektocht naar de relatie tussen geloven en groen.

In een onderzoek naar de religieuze beleving en grondslag in het handelen in West Afrika, komt naar voren hoe belangrijk een rustdag is. Een rustdag voor de mens zelf om tot bezinning te komen, na te denken over ons eigen handelen, maar zo vertellen zij: de natuur heeft rust nodig. In de akkerbouw was het gebruikelijk om een stuk grond een jaar braak te laten liggen, zij doen dat nog. Zij eerbiedigen de riviergod en luisteren wanneer het water met respect behandeld moet worden.

Op onze fietstocht naar Santiago de Compostella, namen wij elke week een dag rust. De medepelgrims vonden dat maar vreemd. Waarom onderneem je een pelgrimstocht en sta je niet stil bij de oorsprong dat vanaf de Schepping er ook een sabbat is, om God te eren.

In een ander verhaal vertelt de schrijfster dat ze in een lezing over duurzaam leven de vraag kreeg van iemand: ik weet hoe ik in mijn leven moet vergroenen en verduurzamen, maar hoe krijg ik mijzelf in beweging? De spreekster is blij met de vraag, iemand die de vinger op de zere plek legt. Zij verwijst vervolgens naar de drie geloften van de Benedictijnen:

  1. Verbonden zijn met de plek waar je woont, zorg voor alles wat om je heen leeft.
  1. Aandachtig luisteren, open staan voor de vraag: wat verwacht de Schepping van mij?
  2. De dagelijkse bekering waarmee bedoeld wordt dat je elke dag opnieuw kunt beginnen. Als jouw verandering, jouw beweging niet lukt, dan start je de volgende dag opnieuw.

Daarmee wordt ook gezegd, dat het begin bij ons ligt, we moeten niet kijken naar het eindresultaat, want dat is aan God gegeven.

Biodiversiteit kan ons laten zien wat de waarde is van verscheidenheid. Ook onder mensen is er die enorme variëteit, mensen zijn verschillend, anders en elk mens telt en mag er zijn. De natuur kan ons ook leren dat er meer is dan Nut en Noodzaak. Juist schoonheid en verwondering zijn gratis verkrijgbaar en voeden menselijk wel-zijn zonder schade aan te brengen. Misschien moeten we eerst beginnen bij mensen weer leren om te juichen, dan volgt Laat de aarde juichen.

Gea Evenhuis