Massaal
Een oude broeder uit onze gemeente belde mij. Ik kende hem niet, maar hij vertelde dat hij vanuit de zuivelfabriek mijn vader nog gekend had. Er ontspon zich een heel leuk en hartelijk gesprek, niet alleen over de zuivelfabriek van weleer, maar ook over de kerk in Aalten. ‘Mijn vrouw en ik hebben ons altijd heel erg thuis gevoeld in de Gereformeerde Kerk van weleer. Maar ja, het is nu zo anders, ook in de kerkdiensten.’ Ik kon niet anders dan bevestigen dat er veel veranderd is. In mijn jonge jaren kon het met bepaalde gelegenheden zo vol zijn in het kerkgebouw, dat ik na afloop van de dienst volwassenen tegen elkaar hoorde zeggen: ‘Zee hingen d’er joo met de benen buuten! Zo drok was ‘t!’ Dat massale had wel wat.
Later, toen ik actief was als dominee, leerde ik ook de keerzijde kennen. Mensen die van buitenaf komen, voelen zich dikwijls verlaten in de massa. Niemand spreekt hen aan, een gevoel van eenzaamheid bekruipt hen, ze voelen zich niet gezien, met als gevolg dat ze nooit meer terugkomen. Daarom ben ik er ook nooit een voorstander van geweest om te snel kerkdiensten samen te voegen. Juist in een kleinere groep weten mensen zich gekend door de ander.
Jezus als fundament
Terugverlangen naar de volle kerken van toen … Dat zullen veel mensen van de oudere generatie kennen. Een van onze kinderen heeft al eens opgemerkt: ‘Dat is jullie probleem; wij hebben de volle kerken niet meegemaakt!’ Een waar woord! Het is beter om niet steeds maar terug te kijken naar toen, maar ons nu te bezinnen op hoe de kerk door Jezus bedoeld is. Het kenmerkende van de kerk is, dat zij Jezus Christus als fundament heeft. Wie op dit fundament wil bouwen, ontdekt dat Jezus helemaal niet zo gefixeerd is op grote aantallen volgelingen. Wat dat betreft vormt, wat we lezen over het pinksterfeest, hierop een uitzondering. Het aantal leerlingen werd op de pinksterdag uitgebreid met drieduizend! Dat klinkt heel uitdagend naar ons toe. Zozeer zelfs dat iemand tijdens een gemeentevergadering, waar gesproken werd over het beleidsplan van de plaatselijke gemeente, opmerkte: ‘We moeten zo’n aantrekkelijke gemeente worden, dat we als kerk genoodzaakt zijn om een galerij aan te brengen in ons kerkgebouw om de kerkgangers te kunnen herbergen.’
Weinig invloed, maar wel trouw
Als dienaar van het Woord heb ik bij die opmerking toen een kanttekening proberen te plaatsen vanuit de Bijbel. ‘Moet de macht van het getal ons motiveren in hoe we kerk zijn in deze tijd? Of is het de macht van Jezus Christus, die ons inspireren wil?’ Letten we op het aantal, dan was Jezus niet zo bijzonder succesvol tijdens zijn leven op aarde. Op een bepaald moment trokken veel leerlingen zich terug en gingen niet verder met Hem mee. Een van de evangelisten vertelt dat bij de gevangenneming allen Hem in de steek lieten en wegvluchten. Jezus ging een eenzame weg en wat hem is overkomen, kan zijn volgelingen ook overkomen. Daarom ook vertelt Lucas in het boek Handelingen na de massale toeloop op de pinksterdag over de moeizame weg die het evangelie is gegaan in de Grieks-Romeinse wereld van de eerste eeuw. Jezus let niet op het massale binnen de kerk, maar op iets heel anders. In de Openbaring van Johannes velt Hij een heel positief oordeel over de kerk van Filadelfia. Dat is juist een kerk die weinig invloed heeft, maar wel trouw is gebleven aan wat Jezus gezegd heeft. Klein zijn in getal en weinig invloed hebben vindt Jezus niet belangrijk, maar wel: in het spoor blijven dat Hij gewezen heeft.
Het kleine groepje
Dit doet me denken aan wat vijf jaar geleden mijn oudste broer geschreven heeft in KerkVenster. Op 11 maart 1945 is hij gedoopt in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Niet in een volle kerk, want aan het eind van de oorlog was het te gevaarlijk om massaal bij elkaar te komen in de kerkgebouwen. Groepjes gemeenteleden kwamen op zondag bij elkaar in diverse huizen. Op die zondag werd er ook in het ouderlijk huis van vader, Bodendijk 5, een kerkdienst gehouden. Te midden van een klein groepje mensen, niet wetend wat de naaste toekomst hen brengen zou, werd hij gedoopt met water uit de pomp, en bleef men trouw aan wat Jezus gevraagd heeft, namelijk om te dopen in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.
Een catechisant
Klein zijn in getal is voor Jezus niet van belang. Ikzelf had er niet voor gekozen, maar onze kinderen wel: ruchtbaarheid geven aan het feit dat het op 9 maart vijftig jaar geleden was dat ds. Tevel uit Aalten mij bevestigd heeft als dienaar van het Woord in Andel. Zodoende werd ik bedolven onder hartelijkheden uit alle delen van het land. De inhoud van één kaart wil ik in dit verband noemen, een kaart van een catechisant van meer dan vijfentwintig jaar geleden. Ik herinner me de groep waarin hij zat nog maar al te goed. Ik mocht altijd heel graag in gesprek gaan met jongeren over hun leven en wel in relatie met het geloof in Jezus. Meestal probeerde ik groepen van ongeveer acht à tien mensen te vormen, maar zijn groep bestond uit drie jongens en twee meisjes. Een kleine groep was mij niet te min; gaandeweg werd het een groepje jongeren waarin de mooiste en intiemste gesprekken konden plaatsvinden. Deze catechisant van toen schreef: ‘Bedankt voor de fijne gesprekken en de ruimte die u een jong persoon gaf met een tegengestelde mening. Inmiddels zijn de scherpe randen eraf en de inzichten gewogen met tijd en ervaring.’ Zijn kaart ontroerde mij en deed mij beseffen hoe Jezus werkt: heel vaak door het kleine, het geringe.
Toekomstmuziek
Het massale is toekomstmuziek volgens het laatste Bijbelboek: ‘… een onafzienbare menigte, die niemand tellen kan uit alle landen en volken, van elke stam en taal voor de troon van God.’
Maar wel een menigte waarin ieder mens zich gekend weet door God en door Jezus, het Lam!
ds. Gerhard ter Maat